De laatste twee jaar, ontwikkelden veel wetten  ,
In de afgelopen twee decennia zijn verschillende strategieën ontwikkeld en in wet- of regelgeving omgezet. Hierdoor is aanzienlijke vooruitgang geboekt aan de onderkant van de band (44 tot 52 procent). Het was 39 cent in de KEV 2022 en is nu 5 procentpunten hoger. De mobiliteit (verschillende fiscale regelingen en een grotere integratie van biobrandstoffen door de Europese richtlijn RED III), de gebouwde omgeving (snellere groei van warmtepompen) en de industrie (o.a. CO2-belasting- en subsidieprikkels) zijn allemaal belangrijke factoren voor de emissiereductie. Als gevolg van vertragingen bij de inzet van wind op zee en een toename van de energievraag, stijgen de emissies in de lichte sector. Dit laat KEV 2022 op ongeveer 85 procent van zijn energie, waardoor ongeveer 70 procent van het hernieuwbare in 2030.  ,
De tijd begint te rijpen voor innovatief beleid om de doelstelling van 2030 te halen.
In het halve decennium dat tot 2030 kan duren, zal beleid dat lang duurt om uit te voeren geen onmiddellijk effect hebben. Daarom is het van cruciaal belang om rekening te houden met de verschillen in arbeidstijd tussen de verschillende beleidsmaatregelen (standaardisering, subsidiëring en prijsstelling), een publicatie die in de loop van tien jaar gelijktijdig over de NEV en KEV werd gepubliceerd. Een parlementaire verandering duurt enkele jaren en de marktdeelnemers moeten voldoende tijd hebben om zich klaar te maken voor een nieuwe norm. In het geval van een doeltreffende behandeling door de Tweede en Eerste Kamers wordt bijvoorbeeld niet verwacht dat de mengverantwoordelijkheid voor efficiënt gas, die reeds in 2020 werd aangekondigd, pas in 2026 van kracht wordt. Voor grote investeringen is vijf tot tien jaar planning gebruikelijk. Zo is het CO2-back-upproject van Porthos sinds 2018 in werking en zal het in 2026 van start gaan. Voor de verkoop kan een kortere oriëntatieperiode worden gebruikt. Wijzigingen in de bestaande inkomstenwetgeving kunnen bijvoorbeeld over een jaar van kracht worden. Het duurt langer om nieuwe inkomstenwetten in te voeren. Naast nieuw beleid dat resultaten op korte termijn kan opleveren, is het zeker ook belangrijk dat we blijven werken aan beleid op langere termijn.